Brouwerij: Trappistenbrouwerij Westmalle

De geschiedenis van de brouwerij van Westmalle gaat helemaal terug tot 22 april 1836 wanneer het klooster wordt verheven tot trappistenabdij. Vanaf dan is het de monniken aanbevolen om de plaatselijke volksdrank bij hun maaltijd te drinken. En in Vlaanderen is de volksdrank bij uitstek uiteraard bier.
Datzelfde jaar nog start abt Martinus Dom met de bouw van een kleine brouwerij. En op 10 december 1836 serveren de monniken voor het eerst zelfgebrouwen trappistenbier bij hun middagmaal.
Jarenlang brouwt de abdij enkel voor eigen gebruik. Het is pas vanaf 1856 dat de monniken af en toe wat bier aan de poort verkopen. Mét succes, want de vraag wordt op korte tijd zo groot dat de brouwerij in zowel 1865 en 1897 moet uitbreiden.
In 1921 nemen de monniken de belangrijke beslissing om hun bier te verkopen via bierhandelaars. Dat doet de verkoop nog meer stijgen, waardoor de abdij er begin jaren ’30 een brouwzaal, gistkamer en atelier bij krijgt. Enkele gebouwen van de huidige brouwerij dateren nog steeds uit die periode.